dtl Fleischmann Johann Michael Fleischmann kam 1707 bei Nürnberg zur Welt. Er lernte Stempelschneiden und ging 1727 auf Wanderschaft. Er wollte nach England, aber dazu kam es nicht. Zunachst arbeitete er fast ein Jahr in der Lutherschen Schriftgießerei in Frankfurt am Main, bevor er 1728 über Mainz in die Niederlande ging. Hier war er für mehrere Schrift-gießereien tätig und machte sich dabei einen Namen. In den Jahren 1732 bis 1740 entstanden einige seiner schönsten Schriften Fleischmann zählt zu den großen Meistern der Schriftkunst. Als den bedeutendsten seiner Zeit bezeichnet ihn Paul Renner. Es mag dem Lebensgefühl der Niederlander entsprochen haben, daß Fleischmanns Schriften selbstbewuftt, phantasievoll und auch eigenwillig anmuten. Charakteristisch ist die stilistische Weiterentwicklung in Richtung Klassizismus. Der Stichel wird zum formbildenden Werkzeug und lost die Breitfeder weitgehend ab. Etliche Schriftschnitte von Fleischmann sehen sehr elegant aus, vornehmlich die früheren. 1991 nahm Erhard Kaiser den Auftrag von Frank E. Blokland an, für die Dutch Type Library die historische Fleischmann-Antiqua und -Kursiv neu zu zeichnen. Bisher hatte er für Typoart Dresden Satzschriften gezeichnet, jedoch infolge des gesellschaftlichen Wandels kam dort 1990 die gesamte Schriftentwicklung und damit auch seine Arbeit zum Erliegen. Eine weitere Nuß gab es beim Fetten-Verhältnis der Grundstriche von Versalien und Minuskein zu knacken, welches Fleischmann, als wolle er ein nachträgliches Späßchen mit uns treiben, oft problemumwehte Gipfel von 1,5:1 und sogar auf 1,6:1 hob. Dieses Verhältnis zu übernehmen, brächte spätestens in einem deutschsprachigen Text Unheil, in dem Versalien oft auftreten und darum eine derartige Hervorhebung nicht verdienen. Fleischmanns Schriftproben enthalten Texte in etlichen Sprachen, aber in Deutsch, seiner Muttersprache, kommen sie nicht vor. Latein gibt es dafür recht häufig, da dessen Schriftsatz am besten aussieht. Kaiser hat das Fetten-Verhältnis etwas gemildert. Die Zeichnungen der Schrift waren im Geiste fertig, lediglich zu Papier mußte Kaiser sie noch bringen. Die Deutsche Bücherei in Leipzig stellte ihr mit modernster Technik 1:1-Aufnahmen aus den Schrift-musterbüchern her, jeweils auf Positiv- film und im Direktverfahren auf Fotopapier, ohne den kleinsten Qualitätsverlust. Die filme brachte er per Vergrößerungsgerät fotografisch auf drei Zentimeter Versalhöhe und hatte damit verläßliche Vorlagen. Eine Besonderheit der dtl Fleischmann liegt darin, daß sie über spezielle Ziffern für die Kapitälchen verfügt, die besser zu ihnen passen als die üblicherweise einzusetzenden Minuskelziffern. Einige spezielle Sonder- und Satzzeichen für die Kapitälchen runden das Bild ab. Etliche Satzzeichen sind ausschließlich für Versalsatz vorhanden, etwa die französische Anführung und das Divis. Entnähme man diese der Standard-Garnitur, wären sie für denVersalsatz zu klein und stünden obendrein zu tief. Die dtl Fleischmann is eine charaktervolle Buchschrift und eignet sich nicht nur für Literatur des 18. und 19. Jahrhunderts. Die stilistische Eigenart dieser Schrift kann in verschiedensten Anwendungen interessant und passend aussehen. | ||||
Johann Michael Fleischmann werd in 1707 in het plaatsje Wördt, onder de rook van Nuremberg, geboren. In 1728 arriveerde hij in Nederland; in dat jaar werkte hij ruim een maand als lettergieter voor Izaak van der Putte in Amsterdam. Vervolgens reisde hij naar Den Haag en vond daar emplooi in de lettergieterij van de boekverkopers Rutger Christoffel Alberts en Hermanus Uytwerf. Toen Alberts zich uit de zaak terugtrok werd de handel door Uytwerf naar Amsterdam verplaatst en Fleischmann reisde mee. Fleischmann werkte tot 1732 voor Uytwerf, alvorens hij zelfstandig ging werken als stempelsnijder. In 1735 opende hij een lettergieterij, die echter door een gebrekkig zakelijk inzicht geen succes werd. De drukker Rudolph Wetstein nam de lettergieterij van Fleischmann over. Laatstgenoemde bleef bij de zaak betrokken en maakte exclusief voor Wetstein een groot aantal stempels en matrijzen. In 1742 overleed Wetstein en zijn zoon Hendrik Floris verkocht de drukkerij, maar zette de gieterij voort. In 1743 verkocht Wetstein jr. de niet florerende gieterij aan Izaak en Johannes Enschedé. Fleischmann ging vervolgens exclusief stempels voor de Enschedé’s snijden. Vanaf 1748 werkte Fleischmann met toestemming van Johannes Enschedé ook voor andere lettergieterijen, zoals die van Van der Putte, Jacob Cambier, Martin Weyer en de gebroeders Ploos van Amstel. In 1768 overleed Fleischmann in Amsterdam en werd hij begraven in de Oude Lutherse kerk. In 1992 gaf de Dutch Type Library de Duitse letterontwerper Erhard Kaiser opdracht voor het maken van dtl Fleischmann. De digitale revival is zeer uitgebreid geworden: naast display- en tekstversies zijn er bijvoorbeeld fraaie reeksen ligaturen, waarin natuurlijk de ‘lange s’ niet ontbreekt. Opmerkelijk zijn daarnaast de speciale tabelcijfers voor de kleinkapitalen. dtl Fleischmann wordt toepast in literaire uitgaven maar was ook lange tijd de huisletter van F. van Lanschot Bankiers. Een Duitstalige letterproef van dtl Fleischmann (pdf versie) verscheen in 2000. | ||||